# export > Exporteer shellvariabelen naar child-processen. > Meer informatie: . - Stel een omgevingsvariabele in: `export {{VARIABELE}}={{waarde}}` - Zet een omgevingsvariabele uit: `export -n {{VARIABELE}}` - Exporteer een functie naar child-processen: `export -f {{FUNCTIE_NAAM}}` - Voeg een pad toe aan de omgevingsvariabele `PATH`: `export PATH=$PATH:{{pad/om/toe_te_voegen}}` - Toon een lijst van actieve geƫxporteerde variabelen in shell-opdrachtvorm: `export -p`